Beste mensen

Op eerste kerstavond zetten wij mijn vader af in de revalidatie instelling waar hij alweer enige tijd verblijft na de uitgevoerde heupoperatie. Hij was een dagje thuis geweest om kerst te vieren, maar zou weer in de instelling slapen. Het liefst was hij thuis gebleven in plaats van naar ‘dat hok’ terug te keren. Bij ieder bezoek afgelopen weken zei hij steevast dat hij ‘liever vandaag dan morgen’ weer naar huis zou gaan. ‘Verder is het hier prima hoor, niks op aan te merken, maar anders dan thuis’.

Aan tafel hebben we pret gehad. Hij was goed op dreef en bij vlagen zou je niet zeggen dat hij dementeert. De oude vader komt dan even tevoorschijn met bijbehorende uitspraken die we van vroeger kennen. Ook overdag leek hij het goed naar zijn zin te hebben. Hij stelde veel dezelfde vragen, maar dat zijn we inmiddels wel gewend. Hij had een gesprekje met zoon Eimert over zijn reis en toekomstplannen. Hij heeft een half uur buiten gelopen, achter de rollator, iets wat hij de afgelopen weken nog niet had gedaan. Hij was wakker gebleven.

Terugkijkend op 2017 stemt een zieke vader melancholisch. De jaarlijkse fietstocht die ik samen met mijn broers en vader deed was waarschijnlijk de laatste. De telefoongesprekjes met hem werden steeds korter. De rol van mijn moeder is meer die van mantelzorger geworden, waarbij een groot beroep op haar geduld en uithoudingsvermogen wordt gedaan. Dat lukt met vallen en opstaan.

Hij liep bij het afscheid mee door de lange gang die uitgestorven leek. Wij liepen naar buiten, hij zwaaide vanachter de deur toen wij wegreden. Ik zag ‘m nog net omdraaien en weer teruglopen naar de afdeling. Niet alleen voor hem, maar voor alle lezers: de beste wensen voor het nieuwe jaar!

Dit is mijn achtste blog. Over een maand verschijnt de negende. Omdat het kan.

Deel dit via: